Strategisch beleid / OR voor gevorderden
Medezeggenschap na fusie

Na fusie moet een nieuwe OR gekozen worden. De WOR voorziet niet in een overgangsregeling.

De Wet op de ondernemingsraden (WOR) voorziet niet in een overgangsregeling voor de medezeggenschap na fusie. De ondernemingsraden van de fusiepartners blijven voorlopig bestaan tot het moment er voor de fusieonderneming een nieuwe OR is gekozen.

In de praktijk levert dat een probleem op, omdat na de fusie in veel gevallen een situatie ontstaat waarbij sprake is van één onderneming, waarvoor één OR de geëigende oplossing zou zijn. Het is beter te voorkomen dat de bestuurder na fusie met twee (of meer) ondernemingsraden dezelfde agenda moet afwerken en alle overleg dubbel moet voeren. Lastig voor de bestuurder. En lastig voor de OR’en, want kost het tijd en energie om steeds onderling af te stemmen ter voorkoming van een verdeelde medezeggenschap.

Convenant

Dit probleem wordt meestal opgelost door in een convenant (of ondernemingsovereenkomst) afspraken te maken over de wijze waarop in deze periode de medezeggenschap wordt uitgeoefend. Soms is dit een vervolg op de afspraken in de adviestrajecten van voor de fusiedatum. De meest voorkomende constructie is dat vanaf de fusiedatum tot aan het aantreden van de nieuw verkozen ondernemingsraad de betrokken ondernemingsraden in gezamenlijke zitting de medezeggenschapsrechten op basis van de WOR uitoefenen. Of dat deze fusie-OR – ook wel genaamd “tijdelijke OR”, of “OR i.o.”, of “bijzondere OR” – bestaat uit gelijke afvaardigingen vanuit de OR’en. Deze fusie-OR treedt in de plaats van de oorspronkelijke OR’en, maar blijven soms ook de OR’en tot aan het aantreden van de nieuwe gekozen OR nog in functie op eventuele nog (eigen) lopende onderwerpen.

Uit jurisprudentie is inmiddels gebleken dat deze constructie van een fusie-OR door de rechters wordt erkend, omdat op deze wijze naar ‘de geest’ van de wet een oplossing wordt gevonden voor iets waar de wet niet in voorziet.

Verkiezingen

Het is aan te raden om deze overgangsperiode zo kort mogelijk te houden, dat wil zeggen om zo snel mogelijk verkiezingen van de nieuwe OR te organiseren. Dit zou in principe binnen drie maanden na fusiedatum kunnen zijn. Vaak is de periode wat langer omdat de organisatie- en zeggenschapsstructuur zich ook vaak in een overgangsfase bevindt.

COR

In situaties waar (bijvoorbeeld in een concernverband) het logische vervolg zou zijn dat na een fusie de oorspronkelijke OR-en blijven voortbestaan overkoepeld door een Centrale OR, wordt voor de zaken die van gemeenschappelijk belang zijn niet een fusie-OR, maar al een Fusie-COR opgericht. De COR is op grond van de Wet alleen bevoegd als het gaat om besluiten die voor alle of de meerderheid van de onderliggende ondernemingsraden, van gemeenschappelijk belang zijn. Zodra het gaat om deelbesluiten die slechts voor één van de betrokken OR-en van belang zijn, is die OR bevoegd.

Hulp nodig bij het opstellen van het fusieconvenant door een van onze organisatieadviseurs? Klik hier!

Deel dit bericht